Internationale vergelijking taalvaardigheid arbeidsmigranten
Cijfers van de OECD laten zien dat migranten in Nederland de Nederlandse taal relatief slecht beheersen in vergelijking met andere landen. In aansluiting op het IBO arbeidsmigratie hebben we daarom een internationale vergelijking uitgevoerd, onder andere om lessen uit het buitenland in kaart te brengen.
In dit onderzoek, dat we uitvoerden in opdracht van het ministerie van Financien en het ministerie van SZW, hebben we een literatuurstudie uitgevoerd en een analyse gemaakt van cijfermatige bronnen over de taalverwerving van arbeidsmigranten en de wijze waarop het taalaanbod voor arbeidsmigranten in het buitenland is georganiseerd.
In het rapport zetten we een aantal belangrijke determinanten van taalverwerving van arbeidsmigranten op een rij. Deze determinanten kunnen geschaard worden onder 1. motivatie om de taal te leren en 2. de contactmomenten met de Nederlandse taal. Verder beschrijven we hoe de taalverwerving van arbeidsmigranten is georganiseerd in vier andere landen: Duitsland, Zweden, Denemarken en Luxemburg.
Op basis van de bevindingen kunnen we op vier thema’s lessen voor Nederlands beleid op een rij zetten:
- Voor het aanbieden van werkgerichte taalprogramma’s en het betrekken van werkgevers
- Gericht op het vergroten van de toegang tot taallessen
- Voor het bevorderen van informele contactmomenten
- Gericht op het versterken van de monitoring en evaluatie