Methodische Aanpak Schoolverzuim

Nog geen 18 jaar en wegblijven van school? Dan is de kans groot dat een minderjarige te maken krijgt met de leerplichtambtenaar. Hoe gaat de leerplichtambtenaar het beste te werk en hoe borg je dat overal een vergelijkbare werkwijze wordt gevolgd? De voornaamste partners in de verzuimketen, te weten het Openbaar Ministerie, de Raad voor de Kinderbescherming, Stichting HALT en de branchevereniging leerplichtambtenaren en RMC (Ingrado) stelden zichzelf deze vragen. Ze vroegen ons een Methodische Aanpak Schoolverzuim (MAS) te ontwikkelen, met meer aandacht voor tijdige inzet van passende hulp en minder systematische inzet op een strafrechtelijke aanpak van verzuim.

Collega Jos Lubberman heeft het ontwikkelingstraject in opdracht van Ingrado begeleid. In intensieve werksessies met leerplichtambtenaren en partners in de schoolverzuimketen is gewerkt aan een breed gedragen aanpak. Samen met collega Maartje Timmermans is tevens een signaleringsinstrument ontwikkeld dat leerplichtambtenaren helpt bij het kiezen van de gewenste ‘route’ binnen de methodische aanpak. Dit instrument maakt integraal deel uit van de aanpak. De MAS is in maart 2017 gelanceerd en wordt sindsdien blijvend gemonitord.

Meer informatie?
Neem contact op met Jos.

Proeftuin herkennen en begeleiden jeugd met lvb

Leerlingen met een licht verstandelijke beperking (LVB) worden niet altijd tijdig herkend, ook niet in het onderwijs. Leerlingen met een LVB lopen zo risico op overvraging door school en de omgeving wat kan leiden tot frustraties, faalervaringen en mogelijk problematiek zoals schoolverzuim en voortijdig schooluitval. (H)erkenning van een LVB is nodig om als (onderwijs)professional onderscheid te kunnen maken tussen ‘onwil’ en ‘onmacht’ en effectiever om te gaan met leerlingen met een LVB. De Proeftuin Herkenning en begeleiding van leerlingen met een LVB en schoolverzuimproblematiek (gesubsidieerd door ZonMw) bood de kans kennis rond dit thema te bevorderen en te experimenteren met het screenen op LVB om zo leerlingen met een LVB beter te kunnen ondersteunen. De Proeftuin is een gezamenlijk initiatief van Hogeschool Leiden en Regioplan, in samenwerking met Da Vinci College in Leiden, Leerplicht (RBL Holland Rijnland), Ingrado en gemeente Leiden.

In de infosheet ‘Licht verstandelijke beperking in regulier onderwijs’ staat kort het idee achter de Proeftuin beschreven. De opzet van de Proeftuin en opgedane ervaringen en resultaten zijn terug te lezen in het eindrapport. Tevens heeft de Proeftuin een handreiking ‘LVB voor regulier onderwijs’ opgeleverd met concrete tips voor de omgang met leerlingen met een licht verstandelijke beperking.

Meer informatie
Wilt u meer informatie over het screenen van LVB-problematiek of deze Proeftuin? Neem dan contact op met Miranda.

De ontwikkeling van leesvaardigheid in het Nederlands taalgebied in Europees perspectief

De leesvaardigheid van de jeugd wordt eens in de vijf jaar gemeten in een groot internationaal onderzoek (PIRLS). De meeste recente cijfers uit 2016 laten met name in Vlaanderen een sterke dalende trend zien. De Taalunie wil graag meer zicht op de achtergronden van die ontwikkeling. Wij kijken daarom in een internationale verkenning naar ontwikkelingen, verklaringen en interventies in andere Europese landen.

Welke factoren dragen bij aan een gering aandeel zittenblijvers?

Zittenblijven heeft voor de meeste leerlingen geen positief effect. De VO-Raad wilde daarom graag van scholen met een laag aandeel zittenblijvers weten welke strategieën zij hanteren om het zittenblijversaandeel laag te houden. Wij hebben dit via een bestandsanalyse, een enquête onder scholen met een laag aandeel zittenblijvers en verdiepende interviews in kaart gebracht. De VO-Raad heeft de uitkomsten van het onderzoek verwerkt in de handreiking ‘Aan de slag om zittenblijven te voorkomen’.

Meer informatie?
Neem contact op met Miranda.

Evaluatie promotiebeurzen voor leraren

Het ministerie van OCW wil meer divers samengestelde lerarenteams; ook leraren op master- of op doctorsniveau. Naast een kwaliteitsverbetering van lerarenteams en daarmee van het onderwijs, biedt dit nieuwe uitdagingen en mogelijkheden voor leraren zelf. Er zijn momenteel vijf promotiebeurzen die speciaal zijn bedoeld voor promotie- (of post-doc-)trajecten voor leraren.

Eigen ontwikkeling belangrijkste doel

Van deze beurzen is de Promotiebeurs voor Leraren het grootst: sinds 2011 heeft de beurs 345 leraren in staat gesteld om aan een promotietraject te beginnen. Leraren die deze beurzen aanvragen doen dit veelal om zichzelf verder te kunnen ontwikkelen. Onder de laureaten van de Promotiebeurs voor Leraren zien we relatief veel vrouwen. Het merendeel van de laureaten van deze beurs werkt in het hbo. De vier kleinere beurzen trekken voornamelijk leraren uit het voortgezet onderwijs.

Onderzoeksmethodiek

Voor de evaluatie hebben we de verschillende beurzen met elkaar vergeleken en hebben we gesproken met de uitvoerders. Ook spraken we met docent-onderzoekers aan wie een beurs is toegekend en met onderwijsinstellingen waarvoor zij werken.

Meer informatie?
Lees ons rapport of neem contact op met Kees.

Detachering: Individuele studietoeslag (Inspectie SZW)

De Inspectie SZW doet, op verzoek van de staatssecretaris van SZW, onderzoek naar de individuele studietoeslag. Deze regeling heeft als doel jongeren van 18 jaar en ouder met een arbeidsbeperking, die onderwijs volgen, een financieel steuntje in de rug te geven.

De afgelopen jaren is de individuele studietoeslag diverse malen in de Tweede Kamer aan de orde gekomen. Het ging hierbij vooral om de onderlinge gemeentelijke verschillen in de hoogte van de individuele studietoeslag en de onbekendheid bij de doelgroep. De recente besprekingen in de Tweede Kamer hebben geleid tot de toezegging van de Staatssecretaris om de Tweede Kamer eind 2018 te voorzien van informatie over de uitvoering van de regeling.

Evaluatie Landelijke Commissie Geschillen WMS en Geschillencommissie Passend Onderwijs

Er is een Landelijke Commissie voor Geschillen bij de Wet medezeggenschap op scholen (LCG WMS) en een Geschillencommissie passend onderwijs (GPO). Die krijgen een jaarlijkse subsidie van het ministerie van OCW. OCW-subsidies worden elke vijf jaar geëvalueerd. Wij voerden het recente evaluatieonderzoek uit.

We verzamelden daarvoor informatie over de ontwikkeling van de werkzaamheden van de commissies. Bovendien hielden we interviews met geschilpartijen, belanghebbende organisaties en samenwerkingsverbanden passend onderwijs. De commissies vervullen een belangrijke functie en worden over het algemeen als deskundig en onafhankelijk gezien.

Subsidieregeling praktijkleren 2014-2018

De Subsidieregeling praktijkleren moet werkgevers stimuleren om praktijkleerplaatsen te bieden aan bbl-studenten in het mbo. De regeling is ook bedoeld voor specifieke leerlingen en studenten in andere onderwijssectoren. We voerden op verzoek van het ministerie van OCW een evaluerend onderzoek uit. Daarin onderzochten we de uitvoering, de doelmatigheid en de doeltreffendheid van de regeling. Dat deden we onder andere via een deskresearch, waarin we beschikbare rapporten bekeken. Ook analyseerden we data over subsidieaanvragen en hielden we interviews met belangrijke stakeholders, subsidieaanvragers en opleidingen. Op grond van de resultaten neemt het ministerie een beslissing over de toekomst van de regeling.

Arbeidsmarktmonitor hbo 2017

Om in de personele behoefte van het hbo te kunnen blijven voorzien, laat Zestor, het arbeidsmarkt- en opleidingsfonds van hogescholen, eens in de twee jaar een arbeidsmarktmonitor opstellen. Regioplan heeft in 2017 deze arbeidsmarktmonitor opgesteld, waarbij op basis van bestaande informatie de actuele stand van zaken en ontwikkelingen op de arbeidsmarkt voor hbo-personeel is geschetst.

Middels de arbeidsmarktmonitor worden de cao-tafel en de hogescholen voorzien van informatie over de stand van zaken en de ontwikkelingen op de arbeidsmarkt van personeel in het hbo. Tevens faciliteert de arbeidsmarktmonitor hogescholen bij het beantwoorden en oplossen van hun personele vraagstukken en knelpunten.

Het volledige rapport vindt u op de website van Zestor.

Beleidsdoorlichting emancipatiebeleid

Het doel van het Nederlandse emancipatiebeleid is het realiseren van gendergelijkheid en gelijkheid wat betreft seksuele oriëntatie, genderidentiteit en geslachtskenmerken in de Nederlandse samenleving. Activiteiten voor deze doelen behelzen  agendering en bewustwording van belemmeringen voor gendergelijkheid, het aanjagen van lokaal gendersensitief beleid en het borgen van de juridische gelijke behandeling van lhbti-personen.

Wij brachten in kaart hoe dit beleid uitpakt in de praktijk voor vrouwen en lhbti-personen op een viertal leefdomeinen: arbeid, veiligheid, gezondheid en onderwijs. Met name op het thema gender en gezondheid en het thema veiligheid en sociale acceptatie van lhbti-personen heeft de insteek vruchten afgeworpen. Er is in de afgelopen jaren meer aandacht gekomen voor de genderdimensie bij gezondheidsvraagstukken en gemeenten zijn steeds actiever geworden in het vormgeven van lokaal beleid voor sociale veiligheid van lhbti-personen. Op de terreinen sociale veiligheid voor vrouwen, arbeid en onderwijs blijven de resultaten van de gekozen beleidsinzet nog achter.

Meer informatie?
Wij voerden dit onderzoek uit voor de Directie Emancipatiebeleid van het ministerie van OCW.

Wilt u meer informatie? Neem dan contact op met Jeanine.