Kernwoord: Re-integratie
Een speerpunt in het socialezekerheidsbeleid is volumereductie door re-integratie. In de WWB, de WW, de WIA en in toenemende mate in de Wajong neemt re-integratie een centrale rol in. Regioplan voert al jaren veel onderzoek uit over re-integratie. We bekijken hoe effectief de re-integratie is en wat de organisatorische aspecten van re-integratie zijn. Ook de mening van de klant over de re-integratie is regelmatig onderwerp van onderzoek.
Evaluatie van de pilots met gecombineerde inburgerings- en re-integratievoorzieningen
Van 1 oktober 2004 tot 1 oktober 2005 hebben zes gemeenten (Tilburg, Den Haag, Rotterdam, Groningen, Gouda en Samenwerkingsverband Alblasserwaard-Oost/Vijfheerenlanden) meegedaan aan een pilot om ervaring op te doen met de samenloop van inburgering en re-integratie voor het nieuwe inburgeringsstelsel. Het doel van de pilots was om binnen de huidige wettelijke kaders ervaring op te doen met het aanbieden van gecombineerde trajecten aan nieuw- en oudkomers conform de uitgangspunten van het nieuwe stelsel. Regioplan heeft de pilots geëvalueerd. Uit de evaluatie blijkt dat re-integratie en inburgering goed te combineren zijn en – mits goed ingevoerd door gemeenten – elkaar zelfs kunnen versterken.
Klantgroepen en begeleiding in het kader van inburgering en reïntegratie
In opdracht van Forum inventariseerde Regioplan in zeven gemeenten de wijze waarop allochtone klantgroepen worden gedefinieerd en welke begeleiding gemeenten bieden in het kader van inburgering en reïntegratie. Op basis hiervan is een model ontwikkeld waarmee gemeenten hun eigen beleid ten aanzien van de begeleiding van allochtone klantgroepen kunnen analyseren.
Casestudies sluitende aanpak
Met de sluitende aanpak wordt beoogd langdurige werkloosheid te voorkomen door werklozen die niet zelf aan het werk kunnen komen, binnen twaalf maanden van werkloosheid een arbeidsmarktgericht aanbod te doen. De sluitende aanpak vloeit voort uit Europees werkgelegenheidsbeleid. Vanaf 1999 worden daartoe in toenemende mate extra middelen beschikbaar gesteld. Het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) initieert en coordineert dit beleid en het is derhalve voor SZW van belang om zicht te hebben en te houden op de implementatie van de sluitende aanpak en de zich daarbij voordoende knelpunten. Om in deze informatiebehoefte te voorzien, heeft SZW Regioplan opdracht verleend tot het doen van dit onderzoek.
Cliëntenparticipatie bij gemeenten
Onderzoek naar de manier waarop gemeenten cliëntenparticipatie op het terrein van lokale sociale zekerheid momenteel vormgeven (cliëntenraad, klantenonderzoeken et cetera). Ook is gemeenten gevraagd naar hoe zij de cliëntenparticipatie in de toekomst zien.
De activerende organisatie. Negen totaalconcepten voor activering en uitstroom
In het najaar van 2001 is de circulaire ‘Activering en Uitstroom bijstandsgerechtigden’ aan gemeenten verstuurd. In deze circulaire heeft de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid het centrale uitgangspunt van de Wet SUWI, ‘werk boven inkomen’, nader belicht. Regioplan heeft in opdracht van StimulanSZ geïnventariseerd welke methoden en instrumenten van directe bemiddeling hun meerwaarde in de praktijk hebben bewezen. Deze inventarisatie heeft geresulteerd in de publicatie ‘Instrumenten voor de directe bemiddeling van werkzoekenden’. Vervolgens is een tweede publicatie uitgegeven, met de titel De Activerende Organisatie. Negen totaalconcepten voor activering en uitstroom” . Hierin beschrijven we negen gemeenten die in de geest van de circulaire hun organisatie hebben veranderd en de uitgangspunten van de Wet SUWI in hun dagelijkse werkzaamheden hebben ingebed. Hun werkwijze gaat verder dan alleen directe bemiddeling en heeft dan ook betrekking op meer onderdelen van de uitvoering van de Abw.
De arbeidsmarktpositie van de ex-deelnemers aan de EAU
Tussen 1995 en 1997 vonden 20.000 langdurig werklozen een gesubsidieerde baan via de zogenaamde Melkert 2 regeling (Experimenten Activering van Uitkeringsgelden (EAU)). Regioplan evalueerde destijds die regeling. Uiterlijk 31 december 1998 liep voor vrijwel alle deelnemers hun arbeidscontract, dat maximaal 2 jaar had geduurd, af. Begin 2000 is bezien wat er met de 20.000 is gebeurd op de arbeidsmarkt; heeft men nog een baan of is men teruggevallen in werkloosheid? Naar voren kwam dat 70% van de “melkertiers” eind 1999 een baan had.
De reïntegratiemarkt langs de meetlat van SUWI. Derde inventarisatie van stand van zaken
Het Ministerie van SZW heeft Regioplan Beleidsonderzoek voor de derde keer op rij gevraagd om het trendonderzoek reïntegratiemarkt uit te voeren. In het rapport worden de trends weergegeven vanaf het ontstaan van de geprivatiseerde reïntegratiemarkt, zo’n vijf à zes jaar geleden. De trends hebben betrekking op de aanbod- en vraagzijde, alsmede de dynamiek van de markt. Verder wordt de werking van de reïntegratiemarkt getoetst aan de hand van de volgende ijkpunten die in de Wet SUWI zijn geformuleerd: toetreding en concurrentie, transparantie, het gebruik aanbestedingsprocedures, aansturing via contracten, kwaliteit, de toegankelijkheid voor moeilijk doelgroepen, keuzevrijheid voor de cliënt.
Eindevaluatie ESF3 in Nederland
Regioplan heeft, na de midterm-evaluatie, ook de eindevaluatie uitgevoerd van het ESF-programma 2000-2006. Het rapport geeft de stand van zaken weer van het ESF van het begin tot en met de peildatum 1 juli 2005. De evaluatie was gericht op het trekken van algemene conclusies over de genomen maatregelen. Regioplan concludeert dat het ESF consistent is met de meerderheid van de richtsnoeren van de Europese Werkgelegenheidsstrategie en het NAP 2004. Nederland levert daarmee een bijdrage aan het verwezenlijken van de Lissabon doelstellingen. De evaluatie is aangeboden aan de Europese Commissie. U kunt het rapport downloaden via de website van SZW. U kunt de eindevaluatie ook opvragen via de contactpersoon onder aan deze pagina.
Van bijstand naar werk. Een onderzoek naar blijvers in en stromers uit de bijstand.
In de populatie van langdurige bijstandsontvangers komen naast blijvers ook stromers voor. In samenwerking met de Universiteit van Amsterdam (Prof. Dr. C. Schuyt) is onderzocht hoe verklaard kan worden dat sommige groepen wel in staat zijn na een langdurig verblijf in de bijstand de weg naar de arbeidsmarkt te vinden en andere niet. Geconcludeerd is dat de redenen hiervoor voor een belangrijk deel in de persoonlijke omstandigheden en kenmerken van betrokkenen liggen en dat deze bovendien tijdens het verblijf in de bijstand ontstaan. Deze conclusie onderstreept het belang van individuele en intensieve aandacht voor potentiële blijvers in een zo vroeg mogelijk stadium van hun bijstandsafhankelijkheid.
Vangnet met veerkracht; gemeentelijk beleid ter voorkoming van langdurige bijstandsafhankelijkheid
Werkloosheidsbestrijding onder klinkende namen als de Sluitende Aanpak, de Agenda voor de Toekomst, de ‘Wet SUWI’ en Hoogwaardig Handhaven herbergen een veelheid aan beleidsdoelen en instrumenten. De Raad voor Werk en Inkomen (RWI) vroeg Regioplan te onderzoeken in hoeverre deze impulsen vanuit de Europese Unie (EU) en het Rijk doorklinken in het gemeentelijk beleid ten aanzien van bijstandsgerechtigden. En: heeft dit beleid resultaat? De laatste vraag is urgent: de Wet Werk en Bijstand (WWB) kort gemeenten met een toenemend aantal bijstandscliënten op hun budget. Het onderzoek richtte zich op twaalf gemeenten: welke vormen van beleid ter voorkoming van langdurige bijstandsafhankelijkheid zijn aanwijsbaar en in hoeverre werpen deze inspanningen vrucht af? Belangrijke conclusie: gemeenten ontwikkelen tal van initiatieven om bijstandsafhankelijkheid te voorkomen, maar het zicht op resultaat van al deze inspanningen ontbreekt nagenoeg.