RPCAA: 2014 en verder

Het Regionaal Platform Criminaliteitsbeheersing Amsterdam-Amstelland (RPCAA) wil met publiek-private samenwerking de veiligheid in het bedrijfsleven in de regio verbeteren. Het platform is in 2003 opgericht en richtte zich aanvankelijk op Amsterdam. In 2007 hebben de regiogemeenten zich aangesloten. Een evaluatie uit 2010 heeft laten zien dat de samenwerking in het platform zich goed ontwikkeld heeft, met uitdagingen op het gebied van de inzichtelijkheid en de meetbaarheid van de resultaten, het activiteitenpakket (minder versnippering, meer communicatie en kennisverspreiding), de organisatiestructuur (positionering werkgroepen, verbinding met de stadsdelen en met de lokale uitvoering) en de taken van de veiligheidsmanager (minder uitvoering, meer beleidsmatig, minder capaciteit, meer ondersteuning) . In 2014 is de tijd opnieuw rijp voor onderzoek. Daarbij ligt de focus niet zozeer op het verleden, maar op de toekomst. De voortzetting van het RPCAA staat niet ter discussie, maar het is wel de vraag of de huidige organisatie en structuur van de RPCAA nog passen in een veranderende omgeving. Onderzoek moet laten zien in hoeverre de opzet en de uitvoering van de samenwerking veranderd zouden moeten worden om de effectiviteit te vergroten.

Uitvoeringsprogramma integrale veiligheid gemeente Edam-Volendam

De gemeente Edam-Volendam zal in 2014 het uitvoeringsprogramma integrale veiligheid 2015-2016 opstellen. Regioplan ondersteunt de gemeente daarbij.

Advies cameratoezicht Amsterdam-Zuid

De cameraprojecten in Amsterdam-Zuid bestonden al voor het vaststellen van het nieuwe Amsterdamse Beleidskader Cameratoezicht. Daardoor voldoen deze projecten nog niet volledig aan de uitgangspunten van het beleidskader. Regioplan ondersteunt het stadsdeel bij het in lijn brengen van de projecten met het geldende beleidskader.

Huiselijk geweld, huisdieren en opvang. Resultaten quick scan.

Uit zowel Nederlands als internationaal onderzoek komt naar voren dat er bij huiselijk geweld ook vaak sprake is van (dreiging met) dierenmishandeling. In opdracht van het ministerie van VWS hebben wij, op basis van een webenquête en gesprekken met opvanginstellingen van slachtoffers van huiselijk geweld, onderzocht welke mogelijkheden de opvanginstellingen bieden voor de opvang van huisdieren.

Een conclusie is dat bij een groot deel van de opvanginstellingen geen opvangmogelijkheden voor huisdieren zijn. Deze bevinding kan niet los worden gezien van het feit dat de instellingen geen zicht hebben op de behoefte van slachtoffers aan opvang voor huisdieren. Onder invloed van de gezinsgerichte benadering bij de aanpak van huiselijk geweld is er bij de opvanginstellingen wel steeds meer aandacht voor de rol van het huisdier en zijn er diverse experimenten gestart waarbij slachtoffers van huiselijk geweld de mogelijkheid wordt geboden hun huisdier te laten opvangen

Hulpbehoefte en hulpaanbod cultureel-etnische en religieuze LHBT’S

Regioplan en het Amsterdam Center for the Study of Lived Religion van de Vrije Universiteit hebben in opdracht van het ministerie van OCW onderzoek uitgevoerd naar de mate waarin cultureel-etnische en religieuze Lesbiennes, Homoseksuelen, Biseksuelen en Transgenders (LHBT’s) onvrijheid ervaren om hun seksuele oriëntatie en gedrag vorm te geven op een door hen gewenste wijze, de wijze waarop zij met deze onvrijheid omgaan en de mate waarin hulpverleningsinstanties zicht hebben op de hierboven genoemde problematiek en daarop inspelen.

Het onderzoek laat zien dat er duidelijk behoefte bestaat aan hulp en dat de betrokkenen die vooral zouden willen (hebben) ontvangen van professionals en, anderzijds, van LHBT-zelforganisaties. Van zo’n professional verwachten ze dat het een goede vertrouwenspersoon is die ervaring heeft met de doelgroep en een gedegen opleiding achter de rug heeft. Veel minder belangrijk vinden ze persoonsgebonden kenmerken van de hulpverlener.

Gespecialiseerde voorzieningen (van zowel professionele als zelforganisaties) zijn vrijwel alleen te vinden in de grote steden. De kennis van specifieke problematiek is maar op een beperkt aantal plekken aanwezig en de weg daarnaartoe is lang en hobbelig, doordat hulpverleners in de eerste lijn (huisartsen, maatschappelijk werkers e.d.) onvoldoende op de hoogte zijn van de mogelijkheden die er in den lande bestaan, of onvoldoende sensitief zijn voor de bijzondere moeilijkheden waar de betrokkenen zich voor gesteld zien. Informatie op het internet voorziet slechts ten dele in deze behoefte.

Schokeffect huisverbod: meer hulp, minder recidive

Regioplan deed onderzoek naar het effect van het huisverbod. Wat blijkt? Het huisverbod, en met name de intensieve hulpverlening die daarmee gepaard gaat, draagt bij aan minder nieuw huiselijk geweld. Over de resultaten van het onderzoek verscheen recent een artikel op het online platform van Secondant.



U kunt het artikel bekijken
via deze link

Evaluatie Landelijk Expertisecentrum Diversiteit (LECD)

Het Landelijk Expertise Centrum Diversiteit (LECD) van de Nationale Politie hield zich in de periode 2000-2015 bezig met diversiteitsvraagstukken binnen de politie. De activiteiten waren zowel gericht op de politieorganisatie zelf als het optreden naar buiten toe. We inventariseerden activiteiten van het LECD en identificeerden effectieve en veelbelovende werkwijzen. Dit deden we in opdracht van het WODC.

Meer informatie?
Neem contact op met Jeanine.

Secundaire analyse kwaliteitsmeting slachtofferzorg

Justitie wil graag inzicht in de tevredenheid over slachtofferondersteuning door justitiële instanties. Met de slachtoffermonitor worden de ervaringen van slachtoffers met deze instanties periodiek gemeten. Het merendeel van de slachtoffers is over het algemeen positief te spreken over de ondersteuning door de politie, het Openbaar Ministerie, de rechtspraak en Slachtofferhulp Nederland.

Toch zijn er ook slachtoffers die juist overwegend negatieve ervaringen opdeden. Hoe kan deze groep slachtoffers getypeerd worden? Om daar zicht op te krijgen, is een secundaire analyse uitgevoerd op de verzamelde data in de slachtoffermonitor (eerste meting). Vervolgens zijn de resultaten van de data-analyse nader uitgediept aan de hand van de praktijkervaringen van medewerkers van slachtofferloketten.

Meer informatie?
Neem contact op met Ger.

Dit onderzoek vond plaats in opdracht van het Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum (WODC) van het ministerie van Justitie en Veiligheid.

Lees behalve onze rapportage of de samenvatting, ook het onderstaande artikel dat in het Tijdschrift voor Veiligheid verscheen.

Evaluatie methode Voogdij

Voogdij is het gezag over een minderjarige dat door een ander dan een ouder wordt uitgeoefend. In verreweg de meeste gevallen is voogdij het gevolg van een
kinderbeschermingsmaatregel, waarbij het gezag van de ouders is beëindigd. De voogdij wordt in die gevallen overgedragen aan een gecertificeerde instelling. Sinds 2012 wordt met een methode voogdij gewerkt binnen de instellingen. Regioplan voerde in opdracht van het WODC de evaluatie van de methode voogdij uit.

Handreiking Wet tijdelijk huisverbod

Regioplan is sinds de pilotfase intensief betrokken bij de ontwikkelingen rondom het tijdelijk huisverbod. De kennis die we daarbij hebben opgedaan, hebben we gebruikt voor het schrijven van een nieuwe handreiking over het instrument. De handreiking is bedoeld om gemeenten en professionals inzicht te bieden in de mogelijkheden om het huisverbod in te zetten, en de factoren waarmee dan rekening gehouden moet worden. In de handreiking is alle relevante kennis die er inmiddels over het huisverbod is, verwerkt.