Werkveld: Arbeid en sociale zekerheid
Meeste cliënten tevreden over WWB, maar maatwerk ontbreekt
Uit interviews met circa 300 bijstandscliënten blijkt dat men in het algemeen
tevreden is over de WWB. Men is blij met het bestaan van de bijstandswet en
denkt te krijgen waar men recht op heeft.
Woon-werkverkeer in de gemeente Haarlemmermeer
In de gemeente Haarlemmermeer werken zo’n 125.000 personen, waarvan zo’n 62.000 op de luchthaven Schiphol en 63.000 in de woonkernen van de gemeente. Dit levert dagelijks een vervoersstroom van werknemers die zich van en naar hun werk bewegen met het openbaar vervoer, de auto, de motor, de fiets of lopend. De gemeente Haarlemmermeer wil de omvang en het globale karakter van deze vervoersstromen in kaart brengen en heeft daartoe Regioplan Beleidsonderzoek gevraagd een onderzoek naar het woon-werkverkeer uit te voeren. Regioplan heeft derhalve onder 3740 werkgevers in de gemeente Haarlemmermeer een enquête uitgezet. De resultaten van dit onderzoek zijn niet openbaar.
Minder dan 35 procent arbeidsongeschikt en geen werkgever
Uit cijfers van UWV blijkt dat vangnetters oververtegenwoordigd zijn onder de werknemers die een beroep doen op de WIA. Een deel van de WIA-claims van vangnetters wordt afgewezen. Hoe vergaat het deze groep na de WIA-beoordeling?
Functiedifferentiatie in het primair onderwijs
Hoe staat het met de functiedifferentiatie in het primair onderwijs? Welke mogelijkheden en belemmeringen zijn er en wat is de motivatie om al dan niet gebruik te maken van functiedifferentiatie? Wordt gebruikgemaakt van het nieuwe functiewaarderingssysteem van FUWA-PO en kunnen werkgevers goed uit de voeten met dit instrument? Dat zijn globaal de hoofdvragen van het verkennende kwalitatieve onderzoek dat Regioplan Beleidsonderzoek in opdracht van het SBO heeft uitgevoerd.
Verschillende gezichten van zwart werk
Uit een onderzoek naar zwart werk in Europa blijken niet de verwachte landen als Italië of Bulgarije, maar juist de gereguleerde economieën van Denemarken, Nederland en Zweden het meeste zwart werk te tellen. Moeten wij als Nederlanders ons nu aangesproken voelen, als kampioenen zwart werk?
Arbeidsmarktbarometer Voortgezet Onderwijs 2006-2007. Vacatures in het schooljaar 2006-2007
In opdracht van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) voert Regioplan de Arbeidsmarktbarometer Voortgezet Onderwijs uit. Deze arbeidsmarktmonitor heeft tot doel een actueel beeld te geven van het aantal vacatures voor directiepersoneel, leraren en ondersteunend personeel in de sector. In deze rapportage presenteren we de jaarcijfers over het schooljaar 2006-2007. Ten opzichte van vorig schooljaar is er voor directiepersoneel en leraren sprake van een toename van het aantal openstaande vacatures dat op het moment van meten vervuld had moeten zijn. De situatie op arbeidsmarkt voor ondersteunend personeel is, net als vorig jaar, stabiel te noemen.
Effecten van marktwerking op arbeidsvoorwaarden in twaalf sectoren
In het kader van een breder onderzoek naar de effecten van marktwerking, dat door het ministerie van Economische Zaken (EZ) wordt uitgevoerd, was er behoefte aan meer inzicht in de ontwikkeling van de arbeidsvoorwaarden voor en na de introductie van marktwerking. Regioplan heeft dit onderzoek uitgevoerd. In twaalf verschillende sectoren is nagegaan of de introductie van marktwerking heeft gezorgd voor veranderingen in de arbeidsvoorwaarden. De twaalf onderzochte sectoren zijn: energie, telecom, notariaat, post, decentraal openbaar vervoer, goederenvervoer over het spoor, taxi, re-integratiediensten, kinderopvang, thuiszorg, zorg en luchtvaart. In de twaalf sectoren werd gekeken naar werkgelegenheid, arbeidsinhoud, arbeidsvoorwaarden en arbeidsverhoudingen.
Arbeidsmarktbarometer voortgezet onderwijs 2004/2005
Momenteel is er sprake van een kwantitatief evenwicht op de arbeidsmarkt voor het voortgezet onderwijs. Voor de komende jaren wordt er echter weer een toename van het aantal openstaande vacatures verwacht. Om de actuele ontwikkelingen op de onderwijsarbeidsmarkt nauwgezet te kunnen volgen en een gericht arbeidsmarktbeleid te kunnen voeren, laat het ministerie van OCW jaarlijks verschillende metingen voor de Arbeidsmarktbarometer uitvoeren. Deze publicatie gaat in op vacatures in het voortgezet onderwijs voor directie, leraren en ondersteunend personeel in het schooljaar 2004-2005.
Werk moet lonen, Onderzoek onder Wajong’ers naar de financiële baten van werk
Regioplan heeft in opdracht van de CG Raad, CNV Jongeren en Jopla onderzoek gedaan naar de belemmeringen die Wajong’ers tegenkomen in hun werk en bij het zoeken naar werk. Financiële belemmeringen zijn hierbij als onderdeel van een groter geheel onderzocht. Een belangrijke conclusie is dat voor de helft van de Wajong’ers werken financieel gezien niet of nauwelijks loont. In het rapport staan diverse aanbevelingen om dit probleem en andere knelpunten op te lossen.
Wet werk en bijstand: cliënten aan het woord
Het evaluatieprogramma van de Wet werk en bijstand is deels gericht op het perspectief van cliënten: hoe worden zij ondersteund door de WWB? Hoe beïnvloedt dit hun handelen? Hoe beoordelen zij dit alles? Regioplan heeft in opdracht van het ministerie van SZW gesproken met circa 300 huidige cliënten en mensen die recent de bijstand hebben verlaten. Ook is gesproken met mensen die een aanvraag voor bijstand deden maar deze niet kregen en met niet-uitkeringsgerechtigden die ondersteuning kregen bij hun terugkeer naar de arbeidsmarkt. De helft van de respondenten toont zich in het algemeen tevreden met de WWB, zowel met de wet als zodanig als met de gemeentelijke uitvoering. Als het gaat om de inkomensondersteuning geven respondenten aan te krijgen waar men recht op heeft. Bij gebrek aan een alternatief is men ook content met het bestaan van de bijstandswet, maar men vindt de geboden inkomensondersteuning bepaald krap en mist node de mogelijkheden om bijverdiensten te kunnen houden. Het ontbreken daarvan demotiveert hen om betaald werk aan te pakken. Men voelt zichzelf verantwoordelijk om weer aan het werk te gaan en zodoende op eigen benen te staan. In de gevallen waarin het nemen van die eigen verantwoordelijkheid (nog) niet als realistisch wordt beschouwd, spelen vooral medische en psychische belemmeringen een rol. Vrijwel iedereen die een activeringsaanbod van de gemeente krijgt, accepteert dit aanbod. Over deze trajecten is men redelijk tevreden. In ongeveer de helft van de gevallen oordeelt men positief. Als men niet positief is, wordt meestal het maatwerk gemist: men kwalificeert de trajecten als standaardproducten die niet goed aansluiten bij de capaciteiten of wensen van de respondenten. Er blijkt een breed draagvlak te bestaan voor de handhavingaspecten. Men vindt het logisch en terecht dat aan de uitkering tegenprestaties zijn verbonden, al is het niet altijd makkelijk om daaraan te voldoen. Aan cliënten is gevraagd of zij zelf verwachten weer uit de bijstand te geraken en zo ja, op welke termijn. Een kwart van hen denkt binnen een jaar weer op eigen benen te staan, 35 procent denkt daar langer over te doen. Veertig procent van de cliënten blijkt zelf niet meer te verwachten ooit nog uit de bijstand te komen. Zij berusten daarin. Op basis van deze verwachting is een klanttypering opgesteld.