Kernwoord: Bijstandswet
De Bijstandwet is het vangnet van de sociale zekerheid en garandeert burgers zonder middelen van bestaan een uitkering op basisniveau. De wet beoogt echter deze burgers zo snel mogelijk sociaal en financieel zelfredzaam te maken. De wetswijziging van 2004 heeft gemeenten veel beleidsvrijheid en de volledige financiele verantwoordelijkheid gegeven. Dit heeft aanzienlijke gevolgen gehad voor de wijze waarop gemeenten met de bijstandsverlening omgaan. Regioplan heeft een grote bijdrage geleverd aan de evaluatie van de nieuwe bijstandwet, met studies vanuit perspectief van gemeenten en van bijstandsclienten (opdrachten van ministerie SZW) Ook onderzocht Regioplan de (onder-)benutting van het W-deel . Gemeenten ondersteunen wij bij het doorvoeren van hun beleidsaanpassingen, bijvoorbeeld voor reintegratie, handhaving en terugvordering.
Aan de slag met het werkdeel. Achtergronden van de besteding van het werkdeel
Dit rapport doet verslag van de resultaten van een webenquête die Regioplan samen met Divosa heeft uitgezet onder sociale diensten over de oorzaken van de onderbenutting van het W-deel van het WWB-budget. Gemeenten hielden in 2004 8% van dat budget over en in 2005 14%. De belangrijkste oorzaken van de onderbenutting zijn het feit dat de behoefte aan re-integratie leidend is en niet de omvang van het budget, de afbouw van de gesubsidieerde arbeid en de tegenvallende prestaties van re-integratiebedrijven. Verder blijkt dat gemeenten met een overschot voorzichtiger zijn met het uitgeven van geld uit het W-budget dan tekortgemeenten. Verder ervaren zij vaker wettelijke belemmeringen bij de besteding van dat geld en zetten zij minder vaak nieuwe vormen van loonkostensubsidies en/of work first in. Driekwart van de gemeenten verwacht dat de re-integratie-uitgaven gaan toenemen en 90% van de gemeenten verwacht daarom ook het W-budget vanaf 2007 geheel op te maken. Dit rapport is een gezamenlijk product van Divosa en Regioplan en is tot stand gekomen in samenwerking met het Ministerie van SZW en de VNG.
Onderbenutting W-deel
Jaarlijks houden bijna alle gemeenten geld over van het aan hen toegewezen Werkdeel van het WWB-budget. Regioplan onderzocht in opdracht van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid wat de oorzaken van deze onderbenutting zijn.Gesteld kan worden dat er niet één oorzaak is die voor alle onderzochte gemeenten de belangrijkste verklaring is voor het overschot. Uit het onderzoek zijn 5 belangrijke oorzaken naar voren gekomen die vaak in meer of mindere samenhang tegelijk spelen. Eén van de belangrijkste oorzaken is de snelle afbouw van oude vormen van gesubsidieerde arbeid (ID/WIW). Een andere veel genoemde reden is het overschot dat ontstaat door het verschil tussen het door het Rijk gehanteerde kasstelsel en het door de gemeenten gehanteerde baten-lastenstelsel. Terwijl voor de eerstgenoemde reden verondersteld mag worden dat deze in de toekomst een minder grote rol zal (gaan) spelen, kan voor de tweede reden worden gesteld dat deze structureel van aard is en dat daarmee een (beperkt) overschot inherent is aan het systeem.
Klantenanalyse Voedselbanken
Dit was een onderzoek onder klanten van Voedselbank Nederland, in opdracht van het Ministerie van SZW. Uit het onderzoek blijkt dat de meeste klanten van de Voedselbanken langdurig leven van een (bijstands-)uitkering, aanzienlijke schulden hebben en weinig gebruikmaken van voorzieningen als bijzondere bijstand of kwijtschelding van lokale belasting. Eenoudergezinnen, laagopgeleiden en mensen met een niet-Nederlandse etniciteit zijn oververtegenwoordigd onder de klanten. In het onderzoek is ook gesproken met vertegenwoordigers van de Voedselbanken, sociale diensten en hulpverleningsinstellingen in een aantal gemeenten over de onderlinge samenwerking.
Conform afspraak. De evaluatie van het instrument verbetertraject
Voor het Ministerie van SZW heeft Regioplan het toezichtsinstrument verbetertraject op haar werking en effecten onderzocht. Gemeenten die een verbetertraject aangaan, moeten op een van te voren afgesproken tijd hun problemen in de rechtmatigheid van de uitvoering van de Abw oplossen. Zij moeten dit doen aan de hand van een van te voren door het Rijk goedgekeurd plan.
De activerende organisatie. Negen totaalconcepten voor activering en uitstroom
In het najaar van 2001 is de circulaire ‘Activering en Uitstroom bijstandsgerechtigden’ aan gemeenten verstuurd. In deze circulaire heeft de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid het centrale uitgangspunt van de Wet SUWI, ‘werk boven inkomen’, nader belicht. Regioplan heeft in opdracht van StimulanSZ geïnventariseerd welke methoden en instrumenten van directe bemiddeling hun meerwaarde in de praktijk hebben bewezen. Deze inventarisatie heeft geresulteerd in de publicatie ‘Instrumenten voor de directe bemiddeling van werkzoekenden’. Vervolgens is een tweede publicatie uitgegeven, met de titel De Activerende Organisatie. Negen totaalconcepten voor activering en uitstroom” . Hierin beschrijven we negen gemeenten die in de geest van de circulaire hun organisatie hebben veranderd en de uitgangspunten van de Wet SUWI in hun dagelijkse werkzaamheden hebben ingebed. Hun werkwijze gaat verder dan alleen directe bemiddeling en heeft dan ook betrekking op meer onderdelen van de uitvoering van de Abw.
De bijstand beleefd. Onderzoek naar de beleving door (ex-) cliënten van het landelijk beleid Bijstand en Werk tijdens de Abw
Bij de evaluatie van de Abw in 1999 is de beleving van bijstandscliënten onderbelicht gebleven. Om die reden heeft Regioplan een representatief onderzoek gedaan naar de beleving door zowel cliënten als ex-cliënten van het landelijke Abw-beleid in de periode 2002-2003 en het daaraan flankerende beleid. In het onderzoek is ook aandacht besteed aan dak- en thuislozen met een bijstandsuitkering. Het onderzoek is een nulmeting en maakt het mogelijk om te zijner tijd vergelijkingen te maken tussen de cliëntbeleving van WWB en Abw. Hoofdconclusie is dat cliënten over het algemeen redelijk positief oordelen over het gevoerde beleid. Ook blijken zij redelijk goed op de hoogte van het landelijk beleid. Het onderzoek is uitgevoerd in opdracht van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.
Gemeenten en de WWB I: geprikkeld tot werken
Regioplan deed in 24 gemeenten onderzoek naar de ervaringen van gemeenten met de WWB. Wethouders, raadscommissieleden, managers van de sociale dienst, controllers en uitvoerders gaven hun mening over het nieuwe systeem van de wet, de manier waarop zij er in hun gemeente mee omgaan en de effecten die zij daarvan zien of verwachten. Het onderzoek is onderdeel van de Evaluatie Wet werk en bijstand 2004-2007, in opdracht van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. De gemeenten zijn tevreden over de nieuwe bijstandswet. De WWB maakt gemeenten niet alleen volledig verantwoordelijk voor hun bijstandsbudget, maar geeft ze bovendien meer vrijheid bij het opstellen van beleid. Ondanks deze positieve geluiden, kraken ze ook een aantal kritische noten. De kritiek gaat vooral over de praktische invulling van een aantal onderdelen van de wet, zoals de verdeelsystematiek voor het bijstandsbudget.
Van bijstand naar werk. Een onderzoek naar blijvers in en stromers uit de bijstand.
In de populatie van langdurige bijstandsontvangers komen naast blijvers ook stromers voor. In samenwerking met de Universiteit van Amsterdam (Prof. Dr. C. Schuyt) is onderzocht hoe verklaard kan worden dat sommige groepen wel in staat zijn na een langdurig verblijf in de bijstand de weg naar de arbeidsmarkt te vinden en andere niet. Geconcludeerd is dat de redenen hiervoor voor een belangrijk deel in de persoonlijke omstandigheden en kenmerken van betrokkenen liggen en dat deze bovendien tijdens het verblijf in de bijstand ontstaan. Deze conclusie onderstreept het belang van individuele en intensieve aandacht voor potentiële blijvers in een zo vroeg mogelijk stadium van hun bijstandsafhankelijkheid.
Vangnet met veerkracht; gemeentelijk beleid ter voorkoming van langdurige bijstandsafhankelijkheid
Werkloosheidsbestrijding onder klinkende namen als de Sluitende Aanpak, de Agenda voor de Toekomst, de ‘Wet SUWI’ en Hoogwaardig Handhaven herbergen een veelheid aan beleidsdoelen en instrumenten. De Raad voor Werk en Inkomen (RWI) vroeg Regioplan te onderzoeken in hoeverre deze impulsen vanuit de Europese Unie (EU) en het Rijk doorklinken in het gemeentelijk beleid ten aanzien van bijstandsgerechtigden. En: heeft dit beleid resultaat? De laatste vraag is urgent: de Wet Werk en Bijstand (WWB) kort gemeenten met een toenemend aantal bijstandscliënten op hun budget. Het onderzoek richtte zich op twaalf gemeenten: welke vormen van beleid ter voorkoming van langdurige bijstandsafhankelijkheid zijn aanwijsbaar en in hoeverre werpen deze inspanningen vrucht af? Belangrijke conclusie: gemeenten ontwikkelen tal van initiatieven om bijstandsafhankelijkheid te voorkomen, maar het zicht op resultaat van al deze inspanningen ontbreekt nagenoeg.
Zwarte bijstandsfraude Beleid ter voorkoming en bestrijding
Bijstandfraude is in Nederland behoorlijk teruggedrongen via onder meer vergelijking van gegevens van onder andere de belastingdienst met die van de sociale diensten. De zogenaamde witte fraude wordt zo efficiënt opgespoord. Echt zwart werk of andere vormen van moeilijk traceerbare fraude, ontsnappen echter aan deze methode. Regioplan heeft, onder meer in het buitenland, geïnventariseerd welke methoden kunnen worden aangewend om juist die zwarte bijstandfraude te lijf te gaan.