Werkveld: Arbeid en sociale zekerheid
Save the date: slotconferentie Mentale vitaliteit van werkenden op 27 februari 2024
Op dinsdag 27 februari organiseert ZonMw de slotconferentie Mentale vitaliteit van werkenden in de Prodentfabriek in Amersfoort. Noteer deze datum alvast in je agenda!
Voor wie?
De conferentie is bedoeld voor iedereen die zich inzet om werkenden te helpen zich mentaal sterk en fit te laten (en blijven) voelen. Bijvoorbeeld voor HR-medewerkers, A&O-professionals, leidinggevenden, werkgevers en werkgeversorganisaties, werknemersorganisaties, brancheorganisatie, onderzoekers, beleidsmakers en andere geïnteresseerden.
Wat kun je verwachten?
Tijdens de conferentie zetten we de afgeronde projecten van het onderzoeksprogramma Mentale vitaliteit van werkenden centraal. We delen hun ervaringen en leerpunten over de inzet van innovatieve interventies waarmee je zelf aan de slag kunt om:
• werkenden die hun mentale vitaliteit willen versterken te ondersteunen;
• mentaal vitaal thuiswerken te ondersteunen en stimuleren;
• te voorkomen dat werkenden in de toekomst mentale klachten ontwikkelen.
Ook delen we de resultaten van de kennisvoucherregelening. Via deze regeling huurden arbeidsmarkt- en opleidingsfondsen, brancheorganisaties, organisaties voor zelfstandigen en werkgever- en werknemersorganisaties geaccrediteerde professionals in om de mentale vitaliteit van werknemers te bevorderen die hier, als gevolg van de coronapandemie, behoefte aan hebben.
Het programma is inspirerend en interactief. We sluiten af met een netwerkborrel waar je kunt napraten met vakgenoten.
Meld je aan
Binnenkort volgt meer informatie over het programma en de sprekers. De toegang is gratis en het aantal plekken is beperkt. Zet 27 februari in je agenda en meld je alvast aan. Dan ben je verzekerd van een plek. Hopelijk tot dan!
Monitoring actieplan ‘Dichterbij dan je denkt’
In opdracht van het Ministerie van SZW hebben wij het actieplan ‘Dichterbij dan je denkt’ geëvalueerd. Het actieplan heeft als doel om op korte termijn de krapte op de arbeidsmarkt te verminderen door meer mensen naar werk of leerwerktraject te begeleiden, en om werkgevers en werkzoekenden uit het onbenut arbeidspotentieel dichterbij elkaar te brengen. In het onderzoek hebben we gekeken naar de activiteiten van het landelijk projectteam, de landelijk opererende partijen en de arbeidsmarktregio’s.
Welke activiteiten zijn er uitgevoerd in het actieplan ‘Dichterbij dan je denkt’?
Het landelijk projectteam was een belangrijke aanjager en facilitator voor de uitvoering van activiteiten. Zo hebben zij een toolkit ontwikkeld voor arbeidsmarktregio’s, bestaande uit communicatiemiddelen zoals video’s, posters en een menukaart. Ook heeft het landelijk projectteam nieuwsbrieven verspreid, en vragenuurtjes en webinars georganiseerd om regio’s op de hoogte te houden van ontwikkelingen in het actieplan en om ervaringen met elkaar te delen. Landelijke partijen hebben middelen ontvangen voor initiatieven die bijdragen aan de realisatie van het actieplan. Zo zijn er activiteiten uitgevoerd om werkgevers te ondersteunen bij het realiseren van banen voor mensen met een grotere afstand tot de arbeidsmarkt, is het gedachtegoed van open hiring, functiecreatie en jobcarving verder verspreid en zijn er nationale werkbezoekdagen en Meet & Greets op grotere schaal georganiseerd. Arbeidsmarktregio’s hebben een decentralisatie-uitkering ontvangen om zelf te bepalen welke activiteiten zij in het kader van het actieplan uitvoeren. De vrijheid werd als zeer waardevol ervaren, omdat regio’s de keuze voor activiteiten in samenwerking met partijen in de regio konden bepalen en konden afstemmen op de kenmerken en behoeften van de regio. De middelen zijn gebruikt om bestaande activiteiten te intensiveren en om nieuwe activiteiten te ontplooien.
Conclusies
Op zowel landelijk als regionaal niveau zijn activiteiten uitgevoerd die bijdragen aan de doelen van het actieplan. De activiteiten hebben met name een bijdrage geleverd aan het bij elkaar brengen van werkgevers en en werkzoekenden en door activiteiten te organiseren die zijn gericht op de ontmoeting tussen werkzoekenden en werkgevers. Ook zijn bestaande activiteiten geïntensiveerd en nieuwe activiteiten geïnitieerd, met het bereiken van meer werkzoekenden en werkgevers als gevolg. Het is waarschijnlijk dat met deze activiteiten werkgevers zijn gestimuleerd om anders naar hun werving te kijken en werkzoekenden zijn gestimuleerd om aan het werk te gaan of aan een leerwerktraject deel te nemen. Het actieplan heeft er ook voor gezorgd dat er nieuwe en sterkere samenwerkingsverbanden zijn ontstaan tussen partijen in de regio.
Meer weten over de activiteiten die zijn uitgevoerd in het kader van het actieplan?
Lees hier het onderzoeksrapport of neem contact op met Yannick of Rosanne.
Evaluatie Wet arbeidsmarkt in balans
De invoering van de Wet arbeidsmarkt in balans (Wab) zorgde ervoor dat regels rond ontslag en arbeidscontracten veranderden. Deze veranderingen brengen met zich mee dat, bijvoorbeeld, payrollkrachten en oproepkrachten meer zekerheid krijgen en het voor werkgevers aantrekkelijker is geworden om werknemers een vast contract aan te bieden.
Met de Wab beoogt de regering om verschillen tussen de bestaanszekerheid van flexibel werkenden en werknemers met een vast contract te verkleinen. Samen met onderzoeksbureaus SEOR, Centerdata en Cebeon en met de Erasmus Universiteit Rotterdam voert Regioplan de monitoring en evaluatie van de Wab uit.
De eindresultaten van het onderzoek worden naar verwachting in de tweede helft van 2025 openbaar gemaakt.
“Tijdens de coronacrisis wist SZW enorm snel te schakelen”
Aan het begin van de coronacrisis stelde het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) in korte tijd een enorm ambitieus pakket aan maatregelen samen. Tegelijkertijd was het ministerie onvoldoende voorbereid op een crisis van deze omvang en legde de crisis het achterstallig onderhoud op de Nederlandse arbeidsmarkt bloot. Dat zijn de belangrijkste conclusies uit de procesevaluatie die Regioplan onlangs uitvoerde naar de totstandkoming van het aanvullend sociaal pakket (ASP).
Om mensen die in onzekerheid verkeren door de coronacrisis zekerheid te kunnen bieden, stelde het ministerie van SZW – in aanvulling op overbruggingsmaatregelen als de NOW en de TOZO – een zeer ambitieus pakket aan steun- en herstelmaatregelen samen: het aanvullend sociaal pakket (ASP). Het doel van dit pakket was om mensen die in onzekerheid verkeerden door de coronacrisis de zekerheid te bieden dat ze aanspraak konden maken op passende begeleiding bij het zoeken naar werk of naar nieuwe bedrijfsactiviteiten en inkomen.
In opdracht van het ministerie evalueerde Regioplan onlangs het totstandkomingsproces van dit steun- en herstelpakket. Hoe kwam het pakket precies tot stand? Wat ging er goed bij die totstandkoming? Maar ook: wat kon er in retrospectief beter?
Ambitieus pakket
Het ASP bestond uit vier ‘bouwstenen’: scholing en ontwikkeling voor behoud van werk, intensieve ondersteuning en begeleiding naar nieuw werk, bestrijding van jeugdwerkloosheid, en aanpak van armoede en schulden. Hoewel er hoofdzakelijk werd ingezet op het intensiveren en/of verstevigen van bestaand beleid, werd er ook nieuw beleid opgetuigd.
Al met al heeft het ministerie in korte tijd een enorm ambitieus pakket aan maatregelen opgesteld, schetst onderzoeker Noor Galesloot. “Ondanks het feit dat deze periode door veel van de beleidsmedewerkers met wie wij hebben gesproken is ervaren als een hectische tijd waarin erg veel overuren zijn gemaakt, kijken de meesten van hen met een positief gevoel terug. Er werd goed en vanuit wederzijds vertrouwen samengewerkt met zowel interne als externe partners, zoals VNO-NCW en UWV.”
Checks and balances
“Wél concluderen sommige gesprekspartners terugkijkend dat zij wellicht iets zijn doorgeslagen in dit vertrouwen en dat er geen of minder sprake is geweest van de checks and balances die normaal gesproken deel uitmaken van het proces, zoals het (vragen om het) opstellen van business cases, het ‘tegenleunen’ en het stellen van kritische vragen. Desondanks zien gesprekspartners achteraf geen aanleiding om aan te nemen dat er partijen zijn die misbruik hebben gemaakt van dit vertrouwen.”
Achterstallig onderhoud
Regioplan concludeert volgens Noor dan ook dat het ministerie gedurende deze periode adequaat heeft gehandeld. “Maar: dat wil niet zeggen dat er geen ruimte is voor verbetering. Het ministerie was onvoldoende voorbereid op een crisis van deze omvang; er is heel veel van medewerkers gevraagd. Ook concludeerden we dat de coronacrisis het ‘achterstallig onderhoud’ op de Nederlandse arbeidsmarkt nogmaals heeft blootgelegd en dat er weinig terecht is gekomen van het voornemen om eerder gedane aanbevelingen van de commissie Borstlap en de WRR te betrekken in de vormgeving van het pakket. Of, zoals meerdere gesprekspartners opmerkten: in het kader van het ASP moesten er structuren worden opgetuigd die er eigenlijk al hadden moeten zijn.”
Meer weten?
Lees dan ons eindrapport. Of neem contact op met onderzoeker Bob van Waveren.
“Onbewust laten we ons de hele dag door beïnvloeden”
Mariska Veenstra (28) is altijd al gefascineerd geweest door menselijk gedrag en door de vraag waarom mensen zich gedragen zoals ze zich gedragen. Die fascinatie kan ze goed kwijt in haar rol als onderzoeker binnen ons team Mens & Samenleving.
Mariska voltooide haar bachelor Sociologie aan de VU in Amsterdam, waarna ze haar studieloopbaan in dezelfde stad vervolgde met een master Sociale Psychologie. “Binnen mijn bachelor volgde ik op een gegeven moment de minor Psychologie en het brein, waarbij je onderzoekt welke triggers van invloed zijn op ons gedrag. Dat vond ik enorm interessant, al werd er voor mijn gevoel nét iets te veel ingezoomd op hoe menselijk gedrag werkt op het niveau van onze breindeeltjes. In de master Sociale Psychologie ging het vervolgens meer over de vraag hoe menselijk gedrag ontstaat en hoe je het kunt beïnvloeden.”
Eigen keuzes?
Daarin kwam voor Mariska alles samen, vertelt ze. “Ik ben altijd al gefascineerd geweest door de vraag waarom mensen zich gedragen zoals ze zich gedragen. We denken toch vaak dat we autonoom zijn en dat we, los van anderen, onze eigen keuzes maken. Maar onbewust laten we ons juist de hele dag door beïnvloeden, zonder dat we het echt door hebben; bijvoorbeeld door culturele normen en onze sociale context, de mensen om ons heen, en tal van andere factoren.”
“Neem de waarschuwingen op pakjes sigaretten. Voor welke doelgroepen werkt dit soort prikkels wel, en voor welke juist niet? En waarom dan precies? Bij Sociale Psychologie leer je om door die bril naar menselijk gedrag te kijken en naar de hele wereld die daarachter schuilgaat.”
Consumentenbeïnvloeding
Tijdens een onderzoekstage kwam Mariska terecht bij een bureau dat met name onderzoek deed naar consumentenbeïnvloeding. “Dan gaat het bijvoorbeeld om de vraag welke drempels mensen ervaren bij het aanschaffen van bepaalde producten; ook interessant, maar ik miste op een gegeven moment toch wel heel erg het maatschappelijk relevante aspect. Na mijn afstuderen heb ik twee jaar gewerkt bij een adviesbureau dat zich met name bezighoudt met duurzame inzetbaarheid. Hier ging ik onder andere aan de slag met de vraag hoe we werknemers en werkgevers kunnen stimuleren om aan de slag te gaan met basisvaardigheden. En nu werk ik dus sinds dit voorjaar bij Regioplan, waar ik me als beleidsonderzoeker binnen het team Mens & Samenleving bezighoud met uiteenlopende onderwerpen.”
Platform Jongeren & Werk
Zo is Mariska als onderzoeker betrokken bij het Platform Jongeren & Werk, een initiatief van de Goldschmeding Foundation. “Dit platform ondersteunt en verbindt verschillende maatschappelijke initiatieven die zich inzetten voor kwetsbare jongeren op de arbeidsmarkt. Zo krijgen deze jongeren de kans hun talenten te ontwikkelen en onderwijs te volgen om aan de slag te kunnen op de arbeidsmarkt. Vanuit Regioplan zijn we als onafhankelijk onderzoekspartner verbonden aan dit platform en onderzoeken we wat de werkzame elementen zijn binnen de verschillende initiatieven. Hoe kun je als platform zoveel mogelijk impact maken?”
Eenzelfde rol bekleedt Regioplan bij het Platform Nieuwkomers & Werk, vertelt Mariska. “We onderzoeken wat wel en niet werkt bij het begeleiden van statushouders naar betaald werk, en vertalen dit naar lessen en handvatten voor het initiatief en het platform. Welke obstakels kom je tegen bij het begeleiden van statushouders naar betaald werk? En hoe kun je ervoor zorgen dat nieuwkomers snel en gelijkwaardig aan het werk kunnen?”
Nieuwe werelden
Het onderzoekswerk voor deze platforms sluit goed aan bij Mariska’s achtergrond in arbeidsmarktvraagstukken, vertelt ze. “Maar inmiddels kwamen er ook nieuwe onderwerpen op mijn pad. Zo ben ik betrokken bij een onderzoek op het gebied van jeugdzorg. En voor een grote gemeente onderzoeken we in hoeverre initiatieven op het gebied van antidiscriminatie en verbinding ook daadwerkelijk bijdragen aan de gestelde beleidsdoelen. Allebei nieuwe werelden, erg leuk om daar dieper in te duiken.”
Veel ruimte
Bij Regioplan bevindt Mariska zich onder gelijkgestemden, heeft ze gemerkt. “Iedereen werkt hier vanuit eenzelfde soort drive om met gedegen onderzoek bij te dragen aan maatschappelijke vraagstukken. Tegelijkertijd krijg je veel ruimte om te ontdekken welke thema’s je interesseren en waar je graag aan zou willen werken. Ook krijg je alle ruimte om jezelf te ontwikkelen, bijvoorbeeld op het gebied van persoonlijk leiderschap.”
Actieonderzoek
Ondertussen kruipt het bloed waar het niet gaan kan en komt Mariska’s eerste liefde – menselijk gedrag – met enige regelmaat om de hoek kijken. “Uiteindelijk bevatten veel beleidsvraagstukken ook vaak een gedragscomponent; als je goed inzicht hebt in menselijk gedrag en in de barrières die mensen ervaren, kun je beter beleid maken. Het lijkt me interessant om te kijken hoe we als onderzoeksteam gedrag nóg meer zouden kunnen meenemen in onze beleidsevaluaties.”
“Dat sluit ook goed aan bij de stappen die Regioplan op dit moment zet op het gebied van actieonderzoek, waarbij de onderzoeker niet alleen observeert en interpreteert, maar ook zélf deelneemt aan het onderzoeksproces. Het lijkt me enorm interessant om, vanuit mijn kennis van sociale psychologie en menselijk gedrag, verder bij te dragen aan die ontwikkeling.”
Artikel Sociaal Bestek: handhaving sociale zekerheid in andere landen
Van de toeslagenaffaire tot de ‘boodschappenaffaire’: het Nederlandse handhavingsbeleid op het gebied van sociale zekerheid lag de afgelopen jaren regelmatig onder vuur. Onlangs verscheen in Sociaal Bestek een interessant artikel over ons eerdere onderzoek naar het handhavingsbeleid in andere landen.
In opdracht van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) onderzocht Regioplan eind 2022 het handhavingsbeleid in zes andere Europese landen (België, Denemarken, Duitsland, Finland, Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk). Hoe is het op andere plekken gesteld met de balans tussen de menselijke maat aan de ene, en slagkracht om misbruik aan te pakken aan de andere kant? Wat zijn de belangrijkste verplichtingen waaraan uitkeringsontvangers moeten voldoen? En: wat doen overheden om te voorkomen dat mensen vergissingen of fouten maken?
Artikel Sociaal Bestek
Het onderzoek – dat ten doel had om inspiratie te bieden voor een herijking van het Nederlandse handhavingsbeleid – liet zien dat de handhavingsstelsels van de zes onderzochte landen aanzienlijke verschillen én overeenkomsten bevatten.
Over dit onderzoek schreven onderzoekers Noor Galesloot, Bob van Waveren en Yannick Bleeker onlangs een artikel voor Sociaal Bestek. In het artikel gaan ze dieper in op de belangrijkste bevindingen en conclusies, aan de hand van de vier belangrijkste dilemma’s die het ministerie tegenkomt binnen de herijking van het Nederlandse handhavingsbeleid.
Meer weten?
Download dan de pdf van het artikel.
Procesevaluatie Aanvullend Sociaal Pakket
Om mensen die in onzekerheid verkeren als gevolg van de coronacrisis zekerheid te kunnen bieden heeft het Ministerie van SZW – in aanvulling op de NOW en de TOZO – een zeer ambitieus pakket aan steun- en herstelmaatregelen samengesteld: het aanvullend sociaal pakket (ASP). In opdracht van SZW hebben wij het totstandkomingsproces van dit steun- en herstelpakket geëvalueerd.
Het aanvullend sociaal pakket (ASP) bestond uit vier ‘bouwstenen’: scholing en ontwikkeling voor behoud van werk, intensieve ondersteuning en begeleiding naar nieuw werk, bestrijding van jeugdwerkloosheid en aanpak van armoede en schulden. Hoewel er hoofdzakelijk is ingezet op het intensiveren en/of verstevigen van bestaand beleid, is ook nieuw beleid opgetuigd. De maatregelen zijn als één pakket door de besluitvorming gehaald en gepresenteerd, waarmee het pakket snel operationeel was.
Beleidsmedewerkers kijken met een positief gevoel terug op de totstandkoming van het pakket en spreken van een hectische periode, waarin goed en vanuit wederzijds vertrouwen in het gedeelde belang is samengewerkt met zowel interne (ASEA, FEZ en UVB) als externe (VNO-NCW, AWVN en UWV) partners.
Conclusies
We concludeerden dat het ministerie van SZW haar werk gedurende deze periode op adequate wijze heeft verricht, maar ook dat het ministerie onvoldoende was voorbereid op een crisis van deze omvang.
Ook concludeerden we dat de coronacrisis het ‘achterstallig onderhoud’ op de Nederlandse arbeidsmarkt nogmaals heeft blootgelegd en dat er weinig terecht is gekomen van het voornemen om eerder gedane aanbevelingen van de commissie Borstlap en de WRR te betrekken in de vormgeving van het pakket.
Meer weten?
Lees dan ons eindrapport.
Doelgroeponderzoek kwetsbare werkenden in Almere
In opdracht van de gemeente Almere onderzochten wij de ondersteuningsbehoeften voor Leven Lang Ontwikkelen (LLO) onder mensen met een kwetsbare positie op de arbeidsmarkt. Daarnaast hebben we deze groep kwantitatief in kaart gebracht.
De gemeente Almere wil werk maken van een goed en toegankelijk aanbod om jezelf een leven lang te blijven ontwikkelen (LLO), specifiek voor inwoners met een wat meer kwetsbare positie op de arbeidsmarkt. De gemeente Almere kent deze mensen echter onvoldoende om de juiste LLO-projecten voor hen op te zetten. Hiertoe hebben wij in opdracht van de gemeente Almere een onderzoek uitgevoerd.
Doel
Het doel van het onderzoek was om de groep kwetsbare werkenden binnen de gemeente Almere beter te kwantificeren en te kwalificeren. Meer inzicht in de onderzoeksgroep kan bruikbare informatie opleveren waarmee sleutelprojecten voor deze groepen kunnen worden opgezet.
Onderzoeksactiviteiten
Voor het kwantitatieve deel van het onderzoek werkten we samen met Onderzoek en Statistiek Almere (O&S). We hebben ten eerste de kenmerken van de onderzoeksgroep uiteen gezet, om vervolgens clusters van kwetsbare werkenden te identificeren. In het kwalitatieve deel van het onderzoek zijn we op zoek gegaan naar mensen die onder (een deel van) de clusters vallen. De werving bleek een uitdaging te zijn, waardoor we uiteindelijk vijf mensen hebben kunnen spreken over hun ondersteuningsbehoeften in het kader van LLO. Op basis van het kwantitatieve en kwalitatieve deel van het onderzoek hebben we een aantal aanbevelingen geformuleerd om de doelgroep te bereiken en in hun ondersteuningsbehoeften te voorzien.
Dit onderzoek werd uitgevoerd in opdracht van de gemeente Almere, in samenwerking met O&S Almere. Benieuwd naar de resultaten? Lees het eindrapport of neem contact op met Bob van Waveren.
Nieuw actieonderzoek rondom arbeidsparticipatie: ontwikkelen van een gesprekswijzer voor professionals
Hoe kunnen professionals werkgevers het beste helpen met dienstverlening op maat bij het in dienst nemen en houden van mensen met een arbeidsbeperking? Daar is nog niet veel over bekend. Samen met Amsterdam UMC starten we daarom een actieonderzoek op.
De arbeidsparticipatie van mensen met een arbeidsbeperking blijft achter bij die van de rest van de beroepsbevolking. Zeker in de huidige arbeidsmarktsituatie betekent dit dat er talent onbenut blijft. Maar ook voor werkgevers is de lage arbeidsparticipatie van mensen met een arbeidsbeperking een probleem. Onderzoek laat namelijk zien dat werkgevers, ook in bedrijfseconomische zin, baat hebben bij een inclusieve werkplek.
Concrete handelingsperspectieven
Inmiddels is er steeds meer bekend over de effectiviteit van instrumenten voor werkgevers, zoals de no risk-polis en loonkostensubsidie. Ook weten we steeds meer over waarom werkgevers mensen met een arbeidsbeperking in dienst nemen en houden, en over succes- en faalfactoren hiervoor.
Over hoe professionals werkgevers hierbij kunnen helpen met kennis en kunde/expertise, is echter veel minder bekend. In een nieuw actieonderzoek ontwikkelen we daarom, samen met Amsterdam UMC, een keuzehulp met werkwijzen voor deze professionals om werkgevers te helpen bij concrete praktijkvragen of problemen. In de regio’s Zwolle en Groot-Amsterdam onderzoeken we hoe werkgeversadviseurs het gesprek met (potentiële) werkgevers aangaan, welke instrumenten en hulpmiddelen ze daarbij inzetten, en wat voor welke werkgever het beste werkt. Deze kennis vertalen we naar praktische hulpmiddelen voor de professional. Daarnaast is in een lerend netwerk continu aandacht voor de aansluiting met en implementatie in de praktijk.
Doel en planning
Uiteindelijk maken we een gesprekswijzer met gereedschapskoffer voor de professional, om samen met de werkgever tot de beste werkgeversdienstverlening op maat te komen.
Het actieonderzoek wordt uitgevoerd met financiering van ZonMw in het kader van Vakkundig aan het Werk 2. Het project loopt tot en met 2026.
Effecten Lerarenagenda en Noodplan lerarentekort Amsterdam
Sinds 2020 treffen de gemeente Amsterdam en de Amsterdamse schoolbesturen een aantal maatregelen om het werken in het Amsterdamse onderwijs aantrekkelijker te maken. Wij onderzochten in opdracht van de gemeente en Amsterdamse schoolbesturen in hoeverre deze maatregelen succesvol zijn.
De maatregelen die de gemeente Amsterdam en de Amsterdamse schoolbesturen treffen om het primair onderwijs aantrekkelijker te maken voor leraren (zoals voorrang op een huurwoning), sluiten goed aan bij wat leraren willen. Dat blijkt uit ons onderzoek. Tegelijkertijd blijft aandacht voor onder meer goed werkgeverschap nodig om het nog altijd oplopende lerarentekort enigszins het hoofd te kunnen bieden.
Getroffen maatregelen
Sinds 2020 treffen de gemeente Amsterdam en de Amsterdamse schoolbesturen een aantal maatregelen om het werken in het Amsterdamse onderwijs aantrekkelijker te maken. Zo ontvangen leraren in het Amsterdamse basisonderwijs een extra toelage bovenop het salaris. Daarnaast zijn er onder meer maatregelen genomen op het terrein van huisvesting en mobiliteit. Leraren krijgen bijvoorbeeld voorrang op een huurwoning en bij de aanvraag van een parkeervergunning.
Goede aansluiting
In opdracht van de gemeente en de besturen brachten wij aspecten in kaart die er volgens het onderwijspersoneel toe doen bij de keuze voor een baan in het Amsterdamse basisonderwijs én wat voor zittend personeel redenen zijn om een baan elders te zoeken. Er zijn verschillende dingen die je volgens het veld kunt doen om het lerarentekort aan te pakken: goed werkgeverschap, de aanpak van problemen rond huisvesting en mobiliteit, een betere beloning, en meer maatwerk in de opleidingen. De maatregelen die de gemeente Amsterdam en Amsterdamse schoolbesturen treffen om het lerarentekort in de gemeente terug te dringen sluiten hier goed bij aan, zo blijkt uit ons onderzoek.
Meer weten? In ons uitgebreide eindrapport kun je alle resultaten en bevindingen terugvinden. Voor specifieke vragen over het onderzoek kun je terecht bij Jacob.